f"
J
Plicht en Liefde.
I.
«Jonker!"
«Jonker, 'tis half vijf, staat u op?"
Dit waren de woorden, waarmee een van Kilacad-
mon's oppassers mij op den morgen van den 23sten
December van het jaar '1887 uit eene lichte sluimering
kwam wekken,
Elk cadet kan begrijpen, dat ik min of meer in
woede geraakte tegen den menschlievenden verstoorder
van mijne zoete nachtrust.
Gemelde woede werd bijna onmiddellijk verdrongen
door de gedachte aan het misschien heerlijk verlof,
dat mij wachtte; deze gedachte stemde mij eenigszins
vergevensgezinder, en ik zond den gedienstigen man
weg met een eenvoudig: 'tIs goed, dank je wel."
«Misschien heerlijk verlof!"
Is 't verlof dan voor een cadet niet zeker een heerlijk
'tVerlof op zichzelf beschouwd, zeer zeker; maar
verschillende omstandigheden kunnen teweeg brengen,
dat menmet verlof gaandeniet met volkomen over
tuiging kan zeggen: «Ik ga thuis, te midden van
iets?