180
Zoo fluisterde de vrouw snikkend. Tranenop
wellend wee beletten haar meer te zeggen. Ver
twijfelend zochten de bevende handen den zoom van
het kleed, om dit aan de lippen te brengen.
Een oogenblikkelijkeonwillige trek verdween en
medelijdenliefde straalde zacht uit Gioya's groote
donkere oogen. Haar lippen schenen eene bede om
vergiffenis te willen stamelenals zij zich voorover
hoog om de oude vrouw op te richten.
«Mevrouw ,]de hertog Von Lichtensteinerwacht u!"
klonk de stem van een harer kameniers. Gioya richtte
zich op, sloeg den wijden langen mantel om haar tot
volle rijpheid gekomen gestalte. Een oogenblik van
twijfel, een oogenblik van strijd tusschen liefde en
dankbaarheid aan de eeneroemglanseerzins-
verwarrende toejuichingen aan de andere zijde
en Gioya ging.
Buiten voor het balkon van den schouwburg stonden
duizende en duizende geestdriftvolle bewonderaars der
diva. Zij brachten hun hulde aan de vrouwdie
geleid door den hertog Von Lichtensteiner, omstuwd
door alles wat aristocratie was, door alles wat in de
eerste standen der maatschappij thuis behoorde met
een gelukkigen glimlach op het balkon verscheen.
Eensklaps echter schenen de dampen van het vuur
werk zich samen te pakken, 't Rood, geel, groen,
blauw van het Bengaalsch vuur danste haar voor de
oogen in millioenen en millioenen kleine, telkens uit
elkaar spattende, sterretjes en te midden daarvan zag
zij eene oude grijze vrouw geknield liggen, het hoofd
op den grond, heete, heete tranen stortende. Een