4^ 188 paard ging sjok, sjok, sjok en zoo werden op een sukkeldraf de ronde en lange Handels-, Ruijters- en Prins Hendrikskaden afgelegd. Eindelijk dan was John aan de bewuste straat; nu nog het huis te vinden. Na lang zoeken was dat ten slotte ook gevondenmet stijve handen werd de ijskoude bel over getrokken en eindelijk stapte hij binnen. «Mevrouw vraagt of u binnen wil komen, mijnheer", zeide de dienstbode. Met een erbarmelijken blik op zijne besneeuwde kleeding en een zucht trad John door de geopende deur in een allergezelligst woonvertrek. Aangenaam verrastte hem het tafereeltje, dat hem, toen hij op den drempel der deur stond, tegenlachte. De jonkers uit Breda namelijk, worden niet verwend op 't punt van gezellig den winteravond door te brengen daarom verheugde het hem zooveel te meer, nu hij hier een echt huiselijken kring met al zijn bekoorlijks was binnengetreden. In 't midden der kamer boven de tafel verspreidde een gaskroon een helder licht. Gelijk het vuur, door een Promotheus aan den hemel ontstolenop aarde in lichtelaaie ontvlamde en al 'tduistre in zuiver daglicht verplaatste, en de schoone nimfen en goden van 't woud tot zich trokzoo zou men geneigd geweest zijn te zeggendat dit heldere lamplicht dezelfde diensten verrichtte, want schooner, dan men zich de feeën en nimfen voorstelt maar laat mij u liever eerst kennis laten maken met de familieleden. Meer dan dit alles nog hadden John de drie paar kijkertjes verrast, die vol aandacht op den binnenkomenden cadet gevestigd waren. Hij be merkte er die van zijne zuster ook onder, die hij ter

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1889 | | pagina 338