J 201 waar men zichte midden van drukte en gewoel toch dikwijls zoo eenzaam gevoelt, een voorwerp te bezitten, dat. je gedachten weer naar lieflijker oogen- blikken verplaatstzooveel te meer dus zoo'n portretje van mijn lieve Louise. Telkenmale, als ik mijn boekenkast open sla, zal ik je beeltenis zien; en telken male zal een zalig gevoel mijn aderen doortintelen en mijne lippen nopen te prevelen «Ik heb U lief, Louise. Mijne droomen, mijn streven, mijne gedachten, alles zal u gewijd zijn". «Prachtig gezegd, als je het maar gelooven wil", zeide Louise spottendmaar als je er zoo gaarne een wil hebben, zoo wil ik er je wel een geven. Kom dan zoolang binnen; dan zal ik 'tje, zoo noodig onder voorwendsel van een pakje voor je zuster, overhandigen. Maar beloof je dan ook te doen, wat je gezegd hebt?'' vroeg zij ongeloovig. «Louise, twijfel je daar nog aan? Ik zal doen wat ik gezegd heb; maar kan ik ook verzekerd zijn, dat jij aan mij zal blijven denken?" «Ja zeker, John". Aan Louise's huis gekomen bleef John even in de voorkamer wachten; zij wipte gauw naar boven en kwam na eenige oogenblikken terug met haar portret. «Ja, ik herken heelemaal diezelfde oogjes, zei John. Maar hoe zou je 't vinden, Louise, als ik je tot dank voor je portret eens 't mijne schonk? Ik heb er hier heel toevallig een bij me, daar ik er juist een dozijn van heb laten maken." Louise nam het, bekoorlijker dan ooit blozende, aan; zij bekeek het aandachtig, maar sprak geen woord. Hare oogen zeiden genoeg. r

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1889 | | pagina 351