v J HÜ ging langzaam van het venster naar de tafel, waar de lamp nog steeds een helder licht straalde op het portret. John wierp een langen innigen harts tochtelijken blik op het liefelijke beeld, dat hem voortaan slechts als eene herinnering zou dienen voor lang vervlogen gelukkige dagenweder sprongen hem tranen in de oogen, hij kon zijn gevoel niet meester worden en hij snelde naar buiten om in de stille nachtlucht tot bedaren te komen. 213 Ik heb u lief tot in mijn laatsten doodsnik. VaarwelLouiseIk zal je nimmer vergetenmaar ik zal mijne liefde in 't binnenste van mijn hart be waren en nimmer zal ik je een verwijt maken van je handeling. Vaarwel! Buiten ademde alles vrede en rust, eene plechtige stilte heerschte alom, een blijde lach weerklonk uit 't soldatenlogiesdit alles deed John pijnlijk aan. Hier in de stilte, waar zijne gedachten geheel alleen inge nomen werden door zijn ongeluk en waar zijne over spannen verbeelding hem zijne toekomst nog donkerder deed voorstellenhier omringd door blijde personen onbewust van de diepe smart van hunnen aanvoerder neendat was alles juist in strijd met de vreeselijke worsteling in zijn gemoed. Geen rust, geen vrede meer voor hem. «Louise, gij hebt mij en alle veer kracht in mij vernietigd", kreet hij met een smarte- lijken blik uit. Neen John pastte slechts het drukste gewoeleen maalstroomwaarin hij zich kon werpen om zijn leed te vergeten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1889 | | pagina 363