f- J XCIX na het verschijnen van het gewijde boek. Het was den 15den Februari, 's namiddags om 2 uur. Er was dien dag een groote beweging op touw gezet om de mazelen te verdrijven die toenmaals het verblijf op de slaapzalen der Academie gevaarlijk maakten. Bij deze gelegenheid bleek echter, hoe spoedig verrot hout brandt want nauwelijks was één pot met brandende zwavel gebarsten en deze uitgeloopenof alles vloog in vlam. Een enkele handdoek hing te midden van de vlammen als een verschoten vaandel op de ruïnen van een mach tige stad. Van beneden af kon men door de zoldering van de amusementzaal alles zien. Dikke waterstralen uit de inmiddels aangerukte spuiten bluschten dezen brand. Nog nu vragen wij ons af: wie zou dezen brand ontdekt hebben? Wij schikken ons hier goed, maar een verlof van eenige dagen of weken is nooit onwel kom. Maar wat wel onwelkom is, dat is verstoken zijn van onze amusementzaal. De eetzaal werd ons aangewezen om haar, daar zij door den brand onbruik baar waste vervangenmaar het leek er niet naar. Eerst nu beseften wij, wat de amusementzaal voor ons is. Wij vossen nog liever wiskunde daar, dan dat wij biefstuk eten in de eetzaal. Het scheen alsof die branden niets dan ons ongeluk wildenwant de tweede brand 5 Maart op zaal 26 uit gebroken had eene verscherpte order op het rooken op de leerzalen en corridors ten gevolge, en menig hartstochtelijk minnaar van het rooken, moest daarna zijne verknochtheid met een paar dagen ké boeten. Een andere merkwaardige fuif is de ij s c 1 ub q u ae s ti e

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1890 | | pagina 105