CLXIV
zich nu tot het omtrekken van de vijandelijke ver
sterkingen.
Het bleek nu, dat de Atjehnees, eenmaal omsingeld,
steeds de vlucht namhoe hecht het bolwerk zijner
verdediging ook was.
Nadat de troepen aangevuld waren gewordennam
den 26sten December de beroemde 10-daagsche veldtocht
van Pel een aanvang met de vermeestering der geduchte
stelling van Pagger-Ajer. Door het slechte weder van
den West-moesson gedwongenstaakte men den veld
tocht den 7den Februari 1876, na de onderwerping
der XXV moekims (15).
Den 24sten Februari verloor het leger zijnen be
minden aanvoerder. Pel's gestel werd tengevolge van
bovenmatige krachtsinspanning en werkzaamheid door
hevige koortsen gesloopt. Hij kon de koortsen slechts
overwinnen door een overmatig gebruik van chinine,
doch in den avond van den 24sten bezweek hij. De
operatiënvoortgezet door kolonel Engel werden den
7den Maart tot een einde gebracht.
10 Maart kwam de nieuw-benoemde opperbevel
hebber kolonel Wiggers van Kerchem aan. Hij vond
het leger in een staat van uitputting, onder anderen
2600 zieken. Hij verdient derhalve niet het verwijt
Pel's plannen niet voldoende doorgezet te hebben.
In September hervatte hij den tocht, doch staakte
hem spoedig tegen den wil der Regeering in. Nadat
nogmaals verschil tusschen beiden was ontstaan, ont
ving Wiggers van Kerchem in December 1876 zijn
ontslag en werd in Januari 1877 opgevolgd door
generaal Diemont.