f
GCXVII
vast, dat de cadetten allen een kostelooze opleiding
zouden ontvangendoch de toenmalige minister van
oorlog de Cavaignac achtte deze uitvoering van de
bepaling een te zware last voor het oorlogsbudget.
In 1852 werd bij een besluit van den President
der Republiek vastgesteld, dat van nu af aan ook op
deze School officieren voor het wapen der cavalerie
zouden worden opgeleid; tot nu toe had de School
hoofdzakelijk gediend ter opleiding van officieren der
infanterie.
In 1873 werd deze bepaling uitgebreid.
Van nu af zouden alle cadetten der School het eerste
jaar dienst doen als infanterist.
De »Ecole Spéciale Militaire de St. Cyr" vormt offi
cieren voor de infanterie, de genie en de zoogenaamde
«infanterie de marine" (1).
Na een vergelijkend examen afgelegd te hebben
welks eischen overeenkomen met die van Bachelier ès
sciences" dat de kennis der taal en literatuur van
het Grieksch, Latijn, Fransch en Duitsch, de Alge-
meene en Vaderlandsche Geschiedenis en Aardrijkskunde,
de lagere Wiskunde, de Stereometrie, de Beschrij
vende Meetkunde, de Mechanica, Schei- en Natuur
kunde vereischt, wordt men geplaatst als cadet. Het
verblijf op de inrichting, waar de cadets een uitslui
tend militaire opleiding genietenduurt 2 jaren. Het
korps is een infanterie-korpsalle nieuw aangestelden
voor het «Premier-Bataillon" worden dan ook in den
(1) «Infanterie de Marine" Infanterie voor de Koloniën.