CCXXIV
De eerste tijden, nadat de nieuwbenoemde cadets
aangekomen zijn, worden zij onder handen gesteld
van de onderofficieren, die hun lesgeven in liet
schermen en boksen en vooral in de gymnastiek.
Daarna worden zij door de gegradueerde cadetten van
het 2de jaar onderricht in de infanterie-exercitiën.
Een der straffen op de school is het exerceeren
tusschentijdsgedurende 1 of 2 dagen, hetgeen dan
plaats heeft tusschen 11 en 12 uur, na het tweede
dejeuner. De verdere straffen zijn het missen der
vergunning tot uitgaan, politiekamer en provoost.
Alle cadettendie in de afgeloopen week geen viermaal
straf-exerceeren of politiekamer hebben gehad en niet
gestraft zijn, kunnen des Zondags uitgaan, mits zij
in de afgeloopen week niet uit het hospitaal ontslagen
zijn, of 2 dagen vrij van practische oefeningen hebben
gehad. Nadat zij 's morgens de mis in de kerk op
het terrein der school naar eigen goedvinden al dan
niet hebben bijgewoond, brengt een speciale trein hen
om 9*/2 uur 's morgens naar Parijs, alwaar zij gaan
kunnen, waarheen zij willen; om 10 uur 's avonds
brengt een trein hen van uit Parijs terug. De cadets
kunnen overigens ten allen tijde uitgaanmits zij eerst
hun pas laten viseeren bij den kapitein der week.
Heeft men het gestelde minimum-cijfer van het werk
in de afgeloopen maand niet verkregen, zoo is het
uitgaan verboden. Heeft men echter deze cijfers verre
overtroffen, dan kunnen buitengewone concessiën om
trent het uitgaan toegestaan worden.
Het overige personeel aan de inrichting verbonden is
een majoor der infanterie, die het toezicht houdt over