<f
25
Snelvuur! bulderde Van der Haere.
Toen allen overtuigd warendat hun kapitein nog
leefde, werden zij met nieuwen inoed bezield, don
derend klonken de salvo's uit de dood en verderf
brakende geweren.
Op zulken tegenstand was de vijand niet bedacht
en trok overhaast terug.
Koch, die na zijne zware verwonding dadelijk in
het midden van het carré was gebracht geworden,
werd met bewonderenswaardige liefde door de ruwe
koelies verpleegd.
Yan der Haere trad naar hem toe en knielde bij
hem neer, terwijl een traan hem in het oog blonk.
«Hoe is het, Koch, edele vriend, aan wien ik mijn
leven te danken heb?"
«Slecht, kapitein, ik zal wel sterven, maar ik zal
met eere sterven."
«Neen, Koch, je moet en zult blijven leven."
Langzamerhand verflauwde de uitdrukking van zijne
oogen.
Water waterriep hijen verloor het be
wustzijn.
De compagnie van kapitein Van der Haere was
weder in haar garnizoen teruggekeerd.
Yan Halderen en 23 minderen waren gesneuveld op
het veld van eer, terwijl 16 anderen, waaronder Koch,
min of meer gewond waren.
Koch werd in het hospitaal verpleegd.
Driemaal daags kon men nu een kapitein met ge
bogen hoofd het hospitaal zien betreden om Koch op
te zoeken.