37 Maar ook in d' and're klasse Het driewerf heilig A, Kan men sergeanten vinden Vast zonder wederga. De Knirps, eens duchtig ruiter In het manegezand, Heeft nu zijn vurig paardje Voortdurend in de hand. Hij zetelt bij de baren Als oppermachtig heer En mag een sabel dragen In plaats van een geweer. Paleizen neemt de zorgen Van heel de klasse waar, En als je iets wilt weten, Dan kom je bij hem klaar; Want hij heeft alle cijfers Voortdurend in zijn zak, En ijsbeert in de rondte, Neemt nimmer zijn gemak. De Ilidoeng, slank van houding, Is toch niet vlug ter been; Als wij al afmarcheeren Roept hij: »ik kom meteen." Hij noemt in arren moede Vaak al wat zwart is wit, En lijkt in zeker opzicht Op d' ouden Jan de Wit. Tot hiertoe de sergeanten, Zij zijn wis naar uw zin Maar ook van gele strepen Denk daarvan niet te min.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1890 | | pagina 269