J 9 79 »Wat!" riep de heele tent eenstemmig verontwaar digd uit, die als behoorende tot eenzelfde ploeg met hart en ziel eenzelfde partij was toegedaan, «wie is den laatsten keer met twee bokjongens ingepikt, wie is.... komkom," kalmeerde de Flesch, die zag dat er nog chocola in den ketel wasen bang was vóór zijn tweede kopje te genietener uitgekaaid te worden, «hou je mond maar, ik wist nite dat jullie ook al zulke «oevèrts" waren." »Ik hou anders niks van die nachttijen", beweerde de man, die den dag had, »ik kruip liever om 10 uur in 't stroo." »Nou en ik, hoor", beweerde »Djan", terwijl hij een gemoedelijk trekje aan zijn sigarette deed. «Sakkerjudaar zit die kraai weer in 't stroo. Gooit em d'er uitkom alla." «Dat vieze beest", schold de tentchef woedend tot diens eigenaar »Dziet", die den kraai in zijne be schermende armen ontving. «Ha, ha, ha, Pigi, kijk eens om", lachte de Flesch spottend, kijk eens wat Gerrit op je plaats gedaan heeft". «Sakkerju vloekte de tentchef, terwijl hij woedend opsprong, «smijt hem in zijn hok, hoor; gisteren kwam dat vieze beest gewoon met een stuk in zijn kraag thuis en bevuilde de heele tent en nou weer 't stroo." Dziet lag te stikken van 't lachen, en rolde zich krampachtig door het stroo heen en weer. «Ila, ha, ha, ha," vervolgde hij tusschen twee lachbuien tot de Fleschweet je die mop al neen je moet weten ha, ha, ha gisteren <r

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1890 | | pagina 311