cxx
VERANDERINGEN EN BENOEMINGEN bij het
personeel der Officieren en Burgerteer ar en aan de
Koninklijke Militaire Academie, te rekenen van
1 Januari 4890.
A. Op verzoek eervol ontheven van hunne betrekkingen
aan de Koninklijke Militaire Academie.
J. N. A. Baron Taets van Amerongen, (30), (E.K.5),
(N L. 3), Generaal-MajoorGouverneur; benoemd tot
Commandant der 1ste Divisie Infanterie, tevens waar
nemend Gouverneur der Residentie.
J. S. C. Pichal, Arts, Offic. van Gez. 2de klasse;
geplaatst bij het 6de Reg. Infanterie.
M. H. A. J. van Meurs, (20), Kapitein der Infanterie
werkzaam geweest als Leeraar in de Oost-Indische
krijgsgeschiedenisen rechtlijnig en topographisch
teekenen; overgeplaatst bij het 6de Reg. Inf.
J. C. Buijtendijk, (20), Kapitein der Infanterie,
werkzaam geweest als Leeraar in wiskunde en lijn-
teekenen; overgeplaatst bij het 2de Reg. Inf.
J. B. van Florenstein, (20), Kapitein der Infanterie,
werkzaam geweest als Leeraar in wiskunde en lijn-
teekenen; overgeplaatst bij het 6de Reg. Inf.
C. J. L. Schüller, (15), (B. K 4ste Luitenant der
Infanterie, werkzaam geweest als officier, belast met
de militaire opleiding der Cadetten, overgeplaatst bij
het 4de Reg. Inf.
P. A. Spaan, 1ste Luitenant der Infanterie, werk
zaam geweest als officier, belast met de militaire op
leiding der Cadettenovergeplaatst bij het 4de Reg. Inf.