CLII
Den 20sten Mei geschiedde de inspectie der Academie
door de Commissie, bestaande uit den Generaal-Majoor
Van der Beek, de Kolonels Muschart, Thirion, Van
Pestel en Jhr. Van Teylingen, terwijl de Kapitein der
Artillerie Ridder van Rappardde functiën van Secre
taris dier commissie waarnam.
Daags daarna begon het officiers-examen en den
29sten Mei het overgangs-examen van het 3de studie
jaar; dat van het 1ste en 2de studiejaar begon den
23sten Juni.
Den 46den Juni betrokken het 3de en 4de studiejaar
het kamp bij Teteringen; als kampcommandant tiad
de Majoor Roelants op, wien de 1ste Luitenants
Schwarz en Van de Pol als kampadjudanten waren
toegevoegd. Nadat den 23sten Juni de cadetten dei
Artillerie en den 7den Juli, die der Genie van het
4de studiejaarhet kamp van Teteringen met dat van
Oldebroek verwisseld hadden, verlieten de overigen
den 12den Juli het kamp, om daags daarna met
verlof te vertrekken.
Den 15den Juli gingen de cadetten van het 1ste en
2de studiejaar met verlof.
Den 5den September waren wij weer vereenigd aan
de Academie, terwijl enkelen, die een her-examen
moesten afleggen, reeds den lsten waren teruggekeeid.
Den 23sten September en volgende dagen hadden
de hardlooperijen plaats, uitgeschreven door de Cricket
en Voetbal-Club «Volharding."
Den lsten November werd de Kapitein P. A. van
Buuren aan de Academie gedetacheerdmet bestemming
om met 1 Januari 1891 op te treden als Hoofd van
Onderwijs, ter vervanging van den Majoor Roelants.