CLIII
Den 19den November overleed onze kameraad W.
F. Booghmans, van het wapen der Genie O.-I., 2de
studiejaar, die den 22sten met militaire honneurs ter
aarde werd besteld.
Den 26sten November werd aan het garnizoen van
Breda de Proclamatie van H. M. de Koningin-Regentes
en de dagorder van Z. E. den Minister van Oorlog
voorgelezen.
Den 30sten November verloren wij wederom een
onzer kameraden, den cadet Jhr. F. T. van der Wijck,
van het wapen der Inf. h. 1.1. 1ste studiejaar.
Den 2den December werd door een deputatie, be
staande uit de cadetten-sergeant Vis, Eyssel en Roëll,
onder geleide van den Kapitein-Ingenieur Snijderseen
huldeblijk bij het stoffelijk overschot van Z. M. Willem III
neêrgelegd, terwijl de Academie den 4den December
bij de begrafenis van wijlen Z. M. den Koningwerd
vertegenwoordigd door de cadetten-sergeant Boekholt
Verschoor en Van 'tSant, eveneens onder geleide van
den Kapitein-Ingenieur Snijders.
De avond van den 5den December ging aan de
Academie onopgemerkt voorbij.
Den lOden December hadden wij ten derden male
het verlies van een onzer kameraden te betreuren, den
cadet J. H. Stuffken van het wapen der Infanterie O.-I.
lste studiejaar.
Den 13den December werd ons per order bekend
gemaakt, dat wij Maandag den 45den December met
vervroegd verlof zouden vertrekken.