t J 9 lippentoen zij zich naar het portret vooroverboog en het eenige woordjes toefluisterde. Wie de gelukkige wasdie zoo hare gedachten vervulde en haar zelfs een glimlach op het gelaat kon tooveren Het was haar Frits Pointsard, die haar zoo vurig zijne liefde verklaard had en dien zij zoo innig liet had. Zoodra hij zijne plaatsing als controleur verkregen zou hebbenzou zij hem geheel toebehoorenten minste als oom het hebben wilde. Nelly had niet gehoorddat er iemand de trap was opgekomenhare deur naderde en nu daarvoor stil stond. Plotseling schrikte een kloppen op de deur haar uit hare mijmering wakker. Ontsteld sprong het meisje op, maar dan weêr glimlachend over hare dwaze vrees vroeg ze »Wie is daar? Ben jij het, Marie?" »Neen kind, ik ben het; ben je nog op en kan ik nog binnenkomenof moet ik tot morgen wachten met hetgeen ik je te zeggen heb «Oom!" fluisterde het meisje eenigszins verschrikt, wat zou die te zeggen hebben." «Kom binnen, Oom, ik zat juist nog wat na te denken over de prachtige muziek." Zij opende zelf de deur. 't Album lag echter arge loos, dichtgeslagen op tafel. «Ben je erg verwonderd, dat ik je nog zoo laat kom storen, kind?" Een ondeugende glimlach verge zelde deze woorden. «Ja Oom, wel een beetje, maar u heeft me zeker wat te vragen?"

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1891 | | pagina 167