102
Steeds verwon het glorierijk,
Als gesteund door hoogre machten.
In de verte valt een schot,
Paardgetrappel doet zich hooren,
En een ruitertroep daagt op,
In een wolk van stof verloren.
Neêrlands ruiterij brengt hulp,
Nieuwe moed bezielt de dappren,
En wij kunnen weer gerust
Hunne driekleur laten wappren.
«Attaqueeren" is 'tbevel,
En de vijand moet bezwijken;
Onze helden zijn gered,
In een kring van bloed'ge lijken.
En een plecht'ge stilte heerscht,
Na het woeste krijgsgewemel
Dankend buigen zij de knie,
Zenden een gebed ten Hemel.
En als weer de slag verjaart,
En wij zijn gedenkdag vieren
Zal het «Moed, Beleid en Trouw"
't Onbevlekte vaandel sieren.
Friso.