CXXXIV sub. VI en VII genoemd, na hunne infunctiestelling, ingevolge Art. 1 van het Koninklijk Besluit, dd. 5 December 1849, n°. 27, B. U. blz. 1851, den eerst- volgenden Cursus van de Iste Afdeeling der Krijgsschool moeten volgen. Bij Koninklijk Besluit van 6 October jl.n°. 34, zijn benoemd en aangesteld tot Tweede Luitenant bij de achter hunne namen gestelde korpsen. C. J. J. Sixma Baron van Heemstra 1e Regiment Huzaren. R. F. Kutsch Lojenga 3e Vest.-Art. W. du Vijn3e 0 Witsen Elias4e In verband met genoemd Koninklijk Besluit, heeft Zijne Excellentie de Minister van Oorlog, blijkens aanschrijving van 14 October jl.IJlde Afdeeling, Personeel, n°. 39, bepaald, dat de genoemde Tweede Luitenants den 17den October a. s. in hunnen nieuwen rang zullen worden erkend en bij de Korpsen, waarbij zij zijn ingedeeld in functie gesteld. Bij Ministerieele Beschikking van 9 April. Over geplaatst van C' I bij 1 I de cadet Schutte; van G' I bij A I de cadet Boerée. 7 October. Overgeplaatst van C II naar A I de, cadet Kloosterhuis. 13 October. Overgeplaatst van G' IV naar G IV de cadet Heijting.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1892 | | pagina 140