f 34 de hand gedrukt te hebben, plofte hij neder in den hem aangeboden stoel. Halm was geen man van conversatie, en het gespek vlotte niet erg. Hij maakte eenige banale opmerkingen over de kamerzeide iets van gezellige buurtverviel van kwaad tot erger, door over het weer te beginnen, om eindelijk bot stil te zwijgen onder een glas wijn. Het was voor beiden eene gelukkige uitkomst, toen de deur zich voor den tweeden keer opende om Van Mohren door te laten. Zoo verschenen achtereenvolgens eenige collega's van den Zwarte, benevens een paar cadettenmet wier namen aangezien zij geen enkele rol te vervullen hebben, wij onze lezers niet zullen lastig vallen. De avond werd aangevangen met die soort van gesprekkendie kenmerkend schijnen te zijn voor ons corps. Het leven der jonge officieren werd geprezen als het volkomenste geluk, dezen troostten hun jongere makkers door te zeggendat ze er ook haast waren. Daarop kwam de Academie op het tapijthet personeel werd nagegaanuitgekleed of in de wolken gestoken. Nu en dan een mop, dan weer een avontuur uit het afgeloopen kamp, het geheel gekruid door eene pikante saus van technische termen en academie-mimiek. Deze technische termen schijnen in sommige gevallen een magische werking te hebben. Er zijn lui, zoo onbeduidend en geesteloos, dat het hun onmogelijk is, over eenig onderwerp te sprekentenzij het tot die soort behoort, waarover zij dagelijks hooren mopperen. En toch slagen deze heeren er inzich in een waas van snuggerheid te hullen, door op een gegeven moment

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1892 | | pagina 188