73
vuur neer. Toevallig viel zijn oog op den spiegel,
die tegenover het raam hing, dat was een aller
aardigste ontdekkingdaar zag hijzonder zelf gezien
te worden, de beeltenis van het jonge meisje getrouw
in het glas weerkaatstzooals zij over haar werk
gebogen zat. Roberts bleef naar den spiegel staren;
hij vond dit een geschikte tijdkorting.
Er werd gescheld bij de buren; een oogenblik later
zag hij het meisje opkijken zij ziet er juist uit,
alsof ze Marie heetdacht de verborgen toeschouwer)
en de hand uitstekenalsof men haar iets aangaf.
«Een brief!" Roberts keek scherp toe. Hij zag, hoe
bij 't lezen een blos haar wangen kleurdeen hoe zij
opziende, op eens den brief haastig in haar werk
doosje verborg.
Weldra stond een bejaarde vrouw met een kalm en
vriendelijk uiterlijk naast haar. Roberts maakte zijn
gevolgtrekkingen. «Hoe zou de »hij" wel heeten, die
dezen brief geschreven heeft?" En hij lachte, zwaar
en goedig, alsof hij groote slimheid aan den dag had
gelegd om de toedracht der zaak te begrijpen.
»l)at is zeker haar moeder," ging hij voort, op de
laatstgekomene doelend.
De twee vrouwen spraken eenigen tijd met elkaar,
blijkbaar over onverschillige zaken; toen verliet de
oude dame het venster, en kort daarna had ook haar
schoone dochter het geliefkoosd plekje ontruimd.
«Dat is alleraardigst," dacht de oude vrijer, «daar
zal ik het oog eens op houden