115 »Ik heb mij in een ijzeren harnas willen gespen," fluisterde zij voort, »en daarin zal ik mij staande weten te houden." Zij rees op om zich ter ruste te begeven. Nog een oogenblik bleef zij staan en zag starend in de verte, als blonk daar een heerlijk beeld «Neen, dit nooit meer," sprak zij toen vastbesloten. «Nooit weer die ellendige teleurstellingen, die ijskoude, verpletterende ontnuchtering. Ik zal mij geen tweede maal bloot geven". Haar gelaat stond strak en ernstig, en bezield door het heilig verlangen om haar strijd tot het einde toe te volbrengen. Zij was jong en had toch reeds zooveel geleden. Een dwaling, de gedachte, gelukkig te zijn met iemand, wiens koele beredeneerdheid haar stoute vlucht niet vermocht te volgen genoeg om een vrouw, vol gloed, vol leven, vol phantasie en kunstzin, diep ongelukkig te maken, en haar het voornemen te doen opvatten voortaan te trachten in zichzelf de bevre diging van die eigenschappen te vinden. Doch een zware strijd zou niet achterwege blijven. Richard's sympathieke figuur had een heftige gemoedsbeweging in 't leven geroepenen haar binnenste geheel in oproer gebracht, naarmate zij hem meer leerde kennen. De tijd ging voorbij, en zonderling: hoe meer Anna den jongen man leerde kennen en waardeerenhoe meer zij zich voornam zich vaster in het kleed der ongenaakbaarheid te hullen. Zij begreep haar harts tocht te moeten verstikken en haar gedachten met geweld van Richard af te scheurenhoe zwaar 't ook vallen zou. Naarmate zij haar borst ontstuimiger voelde kloppen, werd ook Richard's komst een pijniging, en

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1892 | | pagina 269