w
EN ^ELOFTE.
I.
>oolijke, lachende meisjesstemmen klonken in
de vestibule van Villa Henriëtte, een in
levendigen, modernen stijl opgetrokken land
huis, gelegen in een der schilderachtigste hoekjes van
het door de natuur zoo rijk gezegende Gelderland.
De oude damedie met een boekwaarin ze gedach
teloos bladerde, bij een der vensters zat, bracht de
hand pijnlijk aan het hoofd, toen de beide zusters,
pratend met opgewonden, hooge stemmen, de kamer
binnentraden.
«Kinderen, weest toch niet zoo luidruchtig; je weet,
dat mijn hoofdpijn me de laatste dagen niet met rust
laat," en een ontevreden rimpel ploegde haar voor
hoofd. De meisjes zwegen, en Emilie, de jongste, een
blondgelokte twintigjarigehaalde gemelijk de schouders
op en zette zich in de vensterbank neer, turend naar
het dennenbosch en de blauwe luchten in gedachten
de prettige uren van dien morgen weer genietend.