f
126
reizen teruggekeerd en komt op zijn doortocht naar
Den Haag hierlangs. Daar hij weet, dat ik ongaarne
bezoeken in het middaguur ontvang, heeft hij zichzelf
aan tafel geïnviteerd."
Florence antwoordde zwijgenddoor met een vinger
druk de electrische schel in beweging te brengenen
de huishoudster, juffrouw Van Weezei, bracht de
koffietafel in gereedheid.
In de gang weerklonken voetstappen, de kamerdeur
werd geopenden de heer Werner aangediend. Mevrouw
Oudenberg ontving hem met veel hartelijkheid, de
meisjes verwaardigden hem nauwelijks met een hoofd
knik.
Het gesprek was slepend aan tafel, Florence keek
strak en onverschillig voor zich uit: zij kon dien
verwaanden Werner niet uitstaanEmilie liet niet
na een spottende opmerking te makenwanneer zij
de kans schoon zagzoodat de taak om het discours
gaande te houdenhoofdzakelijk op mevrouw Ouden-
bei g rustte, die zich met lofïelijken ijver daarvan
kweet. Juffrouw Van Weezei, een magere, ouder-
wetsch gekleede dame, met melancholieke krulletjes
op het voorhoofd, was te schuchter om zich in het
gesprek te mengenen de genoodigde maakte bonne
mine a mauvais jeu.
Na afloop van het déjeuner ging men onder de
verandade tuin prijkte met een overvloedige pracht
van lilakleurige trossen seringenwittemollige sneeuw
ballen, en, als overgang, zachtroode rozen, zwaar
omlaag hangend van de hooge stammen.
Florence was moe, zeide ze, van het rijden, en