135 «Ach, beste Emmy, heb ik je niet willen zien? Dat spijt me heusch. 't Was mij ook niet kwalijk te nemen; we hadden den geheelen middag boodschappen gedaan, en ik verlangde erg, om bij Van Limburgh wat uit te rusten." «Nu! dan heb je het beter gehad dan ik van middag. 0, als je toch eens hoorde, wat me in dien korten tijd al zoo overkomen is!" En zij barstte in een onbedwingbaar lachen uit. »'tWas bespottelijk!" «Maar vertel dan toch!" riepen de meisjes, door Emma's aanstekelijk lachen geprikkeld, «wat is er gebeurd?" «0't is eigenlijk te dwaas om te vertellen. Verbeeld je, Willem Westhoff je kent hem toch wel, dien mallen jongen met zijn lorgnet en zijn lange snorren nu, dat bête-noire van me kwam ik van middag in de Hoogstraat tegen. «En" ze hield weer op, en gierde weer van plezier bij de herinnering. «En «Maar Em, ga nu toch voort! Je maakt ons zóó nieuwsgierig!" «Nu, hij kwam me dan tegen, en, terwijl hij met zijn gewonen edelen zwier den hoed afnamstootte hij met zijn elleboog tegen een klein kind, dat achter hem op den arm van een dienstmeisje werd gedragen. Het schaap begon natuurlijk erbarmelijk te schreeuwen, en toen Willem verschrikt zich wilde omdraaiengleed hij uit en kwam plat voor mijn voeten op den grond te zitten. 0 't was om ziek te worden van het lachen Hij maakte zulk een zot figuur, met zijn nauwe pan talon, die zijn beenen als palen voor hem uit deed steken, zijn verschrikt gezicht en zijn gebroken lorgnet!

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1892 | | pagina 289