152 een mésalliance aanging met een industrieel, een ijzer gieter, al was hij misschien nog zoo rijk Het kwam dan ook weldra tot een uitbarsting. Florence had deze verwacht. Ze had zoo dikwijls de stekelige opmerkingen van haar moeder over Max moeten aanhoorenzoo dikwijls met ingehouden toorn zijn partij tegenover haar moeten opnemen, dat ten slotte haar geduld een einde nam. Nadat Ten Hagen op zekeren dag een geruimen tijd bij de Oudenbergs had zitten praten en door mevrouw op een in het oog loopende wijze nonchalant was behandeld, zeide deze, toen het onderwerp van haar ongenoegen ver trokken was: «Florence, aan de indringende bezoeken van dat jonge mensch moet een einde komenik heb mij al voortdurend geërgerd aan die ongepaste ver houding, welke er tusschen je beiden gaat bestaan, en wensch, dat dit ophoudt. Ik wil Ten Hagen niet meer in mijn huis zien." Na al de lankmoedigheid, die Florence getoond had, voelde ze het in haar binnenste kokenen het was haar onmogelijk langer te zwijgen. Trillend van toorn barstte ze los: »En ik verkies niet dergelijke woorden over Max te hoorenHij heeft u nooit iets in den weg gelegd of zich op een wijze gedragen, die niet te pas komt. .k wil graag bekennen, dat Max een hartelijke, trouwe jongen is, dien ik graag lijden mag, en wanneer hij uit uw huis verdreven wordt, dan", haar stem werd hoog en schril »dan zweer ik u, dat ik er ook uit ga. En dat doe ik, daar kunt u verzekerd van zijn. Ik ben die hatelijkheden op Max reeds lang

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1892 | | pagina 306