J CLXXXVII die pas 2 weken soldaat waren en vroeger nooit eenige militaire opleiding ontvangen hadden. Boven dien waren zij vermoeid van den meer dan 25 KM. langen marsch en ontbloot van alle ressources, aan gezien de bagage en het munitiepark door gebrek aan lastdieren te Quintero achtergebleven waren. Dan bestond de artillerie slechts uit eenige batterijen berg- geschut en zes mitrailleuses van de vloot, onder bevel van een marine-officier. Hoewel het onuitvoerbaar scheen onder zulke ongun stige verhoudingen den vijand in zijne voortreffelijk gekozen stelling aan te vallenduldde de toestand geen uitstel en was men ten koste van alles genood zaakt voorwaarts te gaan, in de eerste plaats, wijl het niet anders dan hoogst ongunstige gevolgen kon hebbende troependie vol geestdrift uitgerukt warendoor eene weifelende houding in hun ver trouwen te schokkendoch bovenalomdat het gebrek aan verplegingsmiddelen en fourage een eenigszins langdurig verblijf in de ingenomen stelling onmogelijk maakte. De doorwaadbare plaats bij Verdejo, het punt waar men zich voorgenomen had de tweede brigade de rivier te doen overtrekkenwas persoonlijk door overste Vergara verkend, doch bleek slechts ten deele te voldoendie tegenover Colmo werd door talrijke dictatoriale troepen beheerscht, terwijl men er de rivier tot aan de borst doorwaden en vervolgens een onbedekt terrein doortrekken moest. Eerst dan zou 't mogelijk zijn, de door den vijand bezette hoogten te beklimmen. Voldoende artillerie, om den infanterie-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1893 | | pagina 195