t j CLXXXV1II aanval in te leiden en voor te bereidenwas niet beschikbaar. Nadat van den vroegen morgen af over de rivier heen een slepend artilleriegevecht gevoerd was, van beide zijden evenwel zonder veel resultaten, kwam tegen tien uur een stafofficier zich te Colmo bij de tweede brigade vervoegen, om aan den Generalen Staf, die zich achter het centrum der stelling bevondbericht over te brengen nopens den toestand van de eerste brigade. Het vermoedendat deze met meer kans van slagen tot het offensief zou kunnen overgaan, bleek gegrond. Volgens de depêches had zij geen noemenswaardige macht tegenover zichaangezien de vijand hare tegen woordigheid niet scheen te vermoeden. Een goede weg verbond de stellingen der eerste en tweede brigade, de afgedwaalde regimenten Taltal en Tarapaca van de derde, die zich in opmarsch bevond, waren achter de eerste brigade aangekomen, terwijl de doorwaadbare plaats bij Concon Bajo bij verkenning zeer goed bruikbaar bleek. Oogenblikkelijk stelde Overste Körner aan Del Canto voor, te Colmo met de tweede brigade krachtig te demonstreerenen den vijand met artillerievuur en voornamelijk met de vèrdragende Mannlicher-geweren bezig te houden, terwijl de eerste brigade de rivier bij Concon Bajo zou overgaan en den vijand in de flank aanvallen. Toen Del Canto dit plan goedkeurde, begaf Körner zich naar de eerste brigade, om in persoon den over tocht te leiden; terwijl bij Colmo alle beschikbare krachten in het gevecht werden gebracht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1893 | | pagina 196