64 getoond hadzooals zij het zich had gedroomd maar nooit verkregen. Doch zij begreep óókdat zij nu door een leven van zelfverloochening en aanhankelijkheid Dolf moest ver goedenwat zij aan hem misdreven had Want aan hèm had zij trouw gezworenvoor eeuwig. En zijn woorden klonken haar in de ooren die hij sprak, toen zij, hij zijn afscheidnemenschertsend zeide «En vertrouw je me nu wel, zoo alléén daarboven, bij Eduard?" Toen had hij gezegd: «Ik vertrouw je immers altijd, wat je ook doen naoogt!' En dat vertrouwen wilde zij herwinnen en behou den misschien heelde dan de bloedende wond in haar binnenste. Zij hoorde geraas van wielen en mannenstemmen onder haar vensterennaar buiten ziendebemerkte ze, hoe men bezig was koffers op een wagen te laden. »E. v. 0." stond daarop, in witte letters.... Zij begreepdat de nacht ook aan Eduard een besluit had gebracht. Eerst een gevoel van pijn, om dat ragteere, dat efemerisch geluk, dat verloren was, voor altijd Toen een van vreugdedat die bange tijd voorbij was. Zij hoorde voetstappen in den gang, en een hand tikte aan haar deur. Nauw hoorbaar klonk haar: «Binnen!" en toen Eduard, in reiscostuum, verzocht, haar even vaarwel te mogen zeggenwarrelde en wemelde het haar voor de oogenen zij hield zich vast aan een stoel. Haar verzoek om te gaan zittenwees hij afde trein ging over een uur, zeide hij.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1893 | | pagina 280