71 Doch neen, zij speelt met trouw en liefde Gij zijt er één slechts uit haar stoet. De ontgoochling volgt, en zuchtend klinkt het «Verleidster, had 'ku nooit ontmoet!".. 0 Tijd, snel voort en heel de wonde, Aan 't minnend harte toegebracht. Gij hebt een loopbaan u geschapen Aanschouwt van ver uw ideaal; Gij streeft en wrocht met ziel en lichaam, En deinst niet voor een hinderpaal. Daar wordt gij wreed en laf verraden, De laster woelt veracht'lijk rond En wondt u op de teerste plekken, Toont u, dat hij zijn taak verstond. Voort, voort, gij Tijd! verzacht de wonde, Neem weg dit beeld van voor mijn oog. Gij zijt gelukkig met uw gade, Smaakt in haar bijzijn ware vreugd. Gij leeft en denkt slechts voor elkander; Hoe elke blik uw hart verheugt! Daar treedt de Dood uw huisdeur binnen En rukt de gade van u voort. Rampzalig noodlotwaarom heeft zij Zoo luttel tijds u toebehoord! Rol voort, gij Tijd, verzacht de wonde, Voor u is hier een schoone taak! Doch als de stervensure nadert, En gij den dood alreeds ontwaart Dan eerst bemerkt ge, van hoeveel nog 't Geheugen d' indruk heeft bewaard.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1893 | | pagina 287