tóf
Jim
<_PUN_J
oeder, moeder!
Woord van weelde,
Hulp belovend in den klank;
Voerend, toov'rend
Ons in 't midden
Van een rijk der teed're macht.
Waar 't soms zwaar valt
Zich te schikken
In 't hard schijnend vaderwoord
Buigen zelfs de
Grootste geesten
Zich ter neer voor moederwil.
Ik alleen weet
Niet van bukken,
'k Voelde nooit dien zoeten drang
Ieder schuwt mij
Als een stijf hoofd:
Moeder, had ik u gekend!
Nga.