70 Hij moest het lijdelijk aanzien, wilde haar eene reddende lijn toewerpen, maar vermocht niet. De ruwe wereldhand hield die telkens terug. Hij was daar immers niet toe geroepen! O, God, is Uw medelijden niet sterker dan zijn dorsten! Waarom is het hem niet vergund hare zonden uit te wasschen anders dan met zijne eer? Het middel is erger dan de kwaal. En deze reeds is zoo verschrikkelijk, zoo omvangrijk in hare wegen en wordt steeds omvangrijker. Hij duizelde by de gedachte aan die enormiteit Waarom moest het zoo zijn? Waarom moest zijn ideaal verschijnen in een gedaante als van ether, zoodat hij haar niet bezitten kon? En hij mocht haar niet voor zich redden, want andere verplichtingen rustten op hem, die zulks onmogelijk maakten Het hielp ook niet zich met geweld los te willen maken van den dwang der liefde; telkens deed zij zich weer op met onweerstaanbare macht en vreesde hij ten eenenmale ten onder te zullen gaan, maar dan werkte de gedachte aan die smadelijke neder laag weer uit, dat de wil en het eergevoel zege vierden over de passie en herstelden voor korten tijd de rust in zijn gemoed. F M.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1894 | | pagina 234