J. T.
óxxxvin
niet missenhij maakte er een feest vandat lang
in aandenken bleef. De Vivatavonden wat zouden
ze geweest en geworden zijn zonder zijn aanstekelijke
vroolijkheid Den eenen kwinkslag stapelde hij op den
andere, en we moesten lachen, of we wilden of niet.
Maar wat konden die prettigetintelende oogen
opeens ernstig en medelijdend worden, wanneer 't
gold te troosten of te helpen in den nood Wie 't
land had of verdriet, wist zeker, dat een handdruk
van Aisma hem goed zou doen, een enkel woord
hem moed verschaffen; voor allen stond zijn liefderijk,
fijngevoelend hart open. Teder hield van hem, in
den letterlijken zin.
En nu dood We kijken elkaar aan kun
je 't begrijpenkun je je daarin denkendat hij
die blij-ernstigelevenslustige kerel, zoo vroeg en
plotseling is weggenomen Laten we dat gevoel
van opstand in ons hart onderdrukken, en laten we
veel, veel aan hem denken dat zal ons leiden en
tot betere meuschen maken.
Kunt ge 't in woorden uitdrukken, wat we aan
hem verloren hebben