28 om langs Biggarsberg naar New-Castle op te rukken. Bij zijn vertrek uit Col ley's kamp bad bp met dezen bevelhebber afgesproken, dat de Engelsche troepen, in afwachting van de versterkingengeene voor- waartscbe beweging zouden maken, doch in spijt van deze afspraak en ondanks de overweging, dat hij onmogelijk Krugers antwoord op zijn schrijven kon ontvangen hebben, was het krenkende denk beeld, wellicht te moeten toezien, dat aan Wood gelukken zou, hetgeen hem was mislukt, te veel voor zijn eerzucht en besloot hij dus eene laatste poging te ondernemen om de stelling te vermeesteren. Den 24n Februari deed Colley, aan het hoofd van zijne cavalerie eene aanvallende beweging, doch werd teruggeslagen en begrijpende, dat geweld tegen de energieke verdedigers van het Transvaalsche bolwerk tot niets zou leiden, besloot hij zijn toevlucht tot list te nemen. Den platten kop van den Amajuba moest bij in handen krijgen; kon hij dien bemachtigen dan lag Jouberts kamp in ieder opzicht aan zijne voeten en was zijn roem als strateeg en onverschrokken krijgs man gehandhaafd. Den 26n Februari, 's avonds om tien uur, verliet Colley het kamp op den JVlt Prospect met 6 com pagnieën infanterietwee compagnieën Schotsche Hooglanders, eenige Huzaren en Oorlogsmatrozen, te zamen 693 man en 35 officierenmet het plan om onder begunstiging van de nachtelijke duis ternis den fcpitskop, die slecht bewaakt scheen, te vermeesteren. Aan den voet van den berg gekomenwas hij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1895 | | pagina 178