32 zichtig zijn geweer had gelost en riep daaromhalf uit zijn humeur: Voorzichtig een beetje! Jullie zou een mensch kaan raakschieten Een tweede en derde schot bracht echter den waren staat van zaken aan het licht en spoedig kwam het geheele kamp tot de bijna verpletterende ondekking dat de Engelschen bezit hadden genomen van den Amajuba en dat, zoo meende men, Joubert's sterke positie eindelijk door Colly's geschut werd beheerscht. Waarom is die kop niet dag en nacht bezet ge bleven? Waarom is onze positie juist van die zijde niet beter beschermd Waarom Zweefden deze vragen om de lippen der verraste Boeren, dan was het slechts voor een oogenblik. Men had geen tijd om te pratener moest snel worden gehandeld. Nog wist men niet of de Engelschen op den kop grof geschut hadden. Ware dit het geval, dan was de positie van de Boerenlaagers aan Langnek onhoudbaar en zou de kamp daar moeten worden opgegeven. Tot eiken prijs moest echter eene poging worden gewaagd om den kop te hernemen. »Daar zijn de Engelschen op den Kop", luidde Joubert's half verwijtend ant woord tot een handvol Boeren in zijne nabijheid, »en jullie moet hen daarvan af gaan halen." Aan gezien de andere posities niet verzwakt mochten worden, waren er kwalijk een 150 man voor de schijnbaar onuitvoerbare taak, om de Engelschen uit hun bijna onneembare stelling op den Spitskop te verdrijvenbeschikbaar. Zonder verdere orders af te wachten stelden de veldkornetsJohannes Roos en Joachim Ferreira, zich nu aan het hoofd van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1895 | | pagina 182