46
een glaasje Trappisten bier tusschen de verkleumde
vingers, of gezellig aan tafels zaten te whisten en
pandoeren om »des keizers baard niets van dat alles,
neen, ik zag een gezelschap heeren met gepommadeerde
harenen opgevulde mouwvesten die in gemakkelijke
fauteuils zaten, fijne manilla's rookten en taartjes
aten, terwijl [ze [over politiek en de emancipatie der
vrouw spraken.
Ik ergerde mij toen ik zag hoe in de biljartzaalwaar
eens de cadets met vierkante ballen op heuvelachtige
billards meesterstooten maaktende nieuwerwetsche
jonkers zelfs geen carambole konden voortbrengen
op een marmeren dito.
En verder richtte ik mijn schreden, naar 't aller
heiligste, naar de keuken, waar wij als baar stonden
en met open monden het menu van den kok aan
hoorden, om 't later aan onze meesters mee ie deelen,
waar de heerlijke bruine boontjes met de onvolprezen
snoeperige kaantjes" werden geprepareerd of waar
aan het »Noorsche Zeebanket," alias stokvisch, de
laatste hand gelegd werd. Alles, alles was zoo akelig
modern geworden. Zoo fin de siècle.
Arm, arm Kilacadmon dacht ik, wat zult ge uwe
vrienden van vroeger missen, die bij inspecties de
hoofden der groote mannen op uw binnenplein be
wonderden, en tegelijkertijd al hun redenaarstalent
aanwendden om op rijkskosten, nieuw haar op hun
schako te krijgen.
Maar toen ik zoo liep te brommen, bekroop mij
toch de lust om nog eens de politiekamer te bezoeken,
dat schrikbeeld voor jeugdige cadets, dat toevluchts
oord voor ouderen in den examentijd, de plaats waar
7