81
»Neen," zei ik kortweg, vertel me liever, wat
je er van weet."
Toen bracht de kerel me waar ik wezen wilde.
Weer verbazing okne Ende!!
Daar waren me modelletjes uitgepakt, die beant
woorden moesten aan de types der cijfers 10 tot en
met 100. Daar zag ik hoe tusschen 10 en 100 veel
meer overeenkomst in type bestaat dan tusschen
40 en 60, iets dat men zoo oppervlakkig niet zou
verwachten, doch dat, volgens den kabouter, toch zoo
ongewoon niet is, daar de uitersten elkander raken.
Ik was te verbaasd om te antwoorden.
Natuurlijk dacht hij toen, dat ik 't volmaakt met hem
eens was, en ging door; mijn gezelschap begon hem
blijkbaar te vervelen, en hij scheen moe te worden.
En passant wees hij me nog een rariteit, ook
onder een glazen stolp.
Het type van een cadetdie vijfmaal daags onbe
rispelijk stil stond op appèls.
Dat leek me al te sterken 'k begon nu andermaal
aan 's mans geloofwaardigheid te twijfelenniettegen
staande zoo iets tegen een kabouter niet te pas komt.
Plotseling werd het Hanengeschrei voor de plan-
tonwacht door een roffel op 't binnenplein gevolgd
en dat maakte eensklaps een eind aan de spookgeschie
denis, en meteen duidelijk, dat ik 't laatste kwartier
eigenoefening niet al te nuttig had besteed.
September '94.
Iemanddie misschien hellen Jcan blazenmaar
zeker geen luchtballons kan oplaten
1