J CXXIV Reeds in den avond van dienzelfden dag en nog vele avonden daarna, zag men, tot zelfs in den vrijen tijd, de leerzalen zich bevolken, zag men in de amusementszaal slechts »vos 'boeken en begon een ieder zich ernstig voor te bereiden, voor den 13den d. a. v., die eene week van zorg en kommer opende; immers, die dag, het begin van het halfjaarlijksch examenwerd door de meesten niet zonder vrees tege moet gezien en velen zullen een zucht van verlichting niet hebben kunnen weerhouden, toen die pijniging der hersenen, den 18den eindelijk een einde nam. Niet lang na den afloop, den 27sten Januari, werd door Semper Crescendo het bewijs gegevendat ze nog bestond. Dien dag namelijk deden we onze eerste militaire marsch met muziekals 't wareom den inwoners van Breda te verkonden, dat ook die traditie bij de herboren Academie was behouden gebleven. Meer bijzonders omtrent deze maand kunnen we, met den besten wil, niet vermelden. We stonden geregeld om 6 uur op, aten, vosten of deden niets en gingen om 10 uur onze welverdiende rust genieten. Van alle genoegens, die de winter andere jaren zoo volop bieden kan, was ditmaal geen sprake; mocht het ook al eens een paar nachten vriezen, we voelden alleen de onaangename zijde van de kou, en nooit kwam het zooverdat we de schaatsendie we in 'tkerstverlof één-, sommigen zelfs tweemaal hadden kunnen onderbinden, konden voor den dag halen. Ook nam in deze dagen de reeks van voordrachten een aanvang, die ons, behalve het leerzame en nuttige, dat ze bevattenmenig vervelend uurtje eigen-oefening, veranderde in een aangenaam samenzijn.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1897 | | pagina 124