t ■j CXXVII Paaschverlof genaderd. Het zou kort zijn, dat wisten we, vandaar, dat het geene teleurstelling was, toen bekend werddat het slechts 5 dagen zou duren (2—7 April). Slechts eenige weken had de grootste helft nog aan de Academie door te brengendoch dat waren voor zeker niet de aangenaamste. De tweede helft van Mei nl. zou het overgangs examen brengenalvorens we de drie maanden zouden ingaandie voortaan ieder jaar geheel aan onze prac- tische opleiding zullen worden gewijd. Op den 27sten brak de windstilte aan, die den in aantocht zijnden storm aankondigde. Gedurende het tweetal daaraanvolgende weken had de amusementzaal in de ochtenduren alles behalve het aantrekkelijke, dat ze gewoonlijk heeft; ernstige, vossende infanteristen en cavaleristen slechts, diep ge bogen over hunnen zwaren arbeid. Doch de middagen waren vroolijker en gaven door practische oefening den geest de ontspanning, die hij zoo zeer noodig had. En nu de laatste helft der Meimaand. Schoorvoetend betraden de meesten den 45den de examenzaal: «liet begin van het einde was daar." Ook dit gaan we liever stilzwijgend voorbij Den 2den Pinksterdag werd het studiejaar in zijn geheel bevorderd tot cadet-korporaal-titulair. De effec tieve graad werd later slechts aan die gelukkigen verleend, die onvoorwaardelijk tot het 2de studiejaar waren bevorderd. Vol spanning verbeidden allengedurende de vier taaie dagendie nog aan de detacheering der infanterie

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1897 | | pagina 127