cxxx
gelukt, door eendrachtig samenwerken, het zich daar
zóó aangenaam te maken, dat zij hunne collega's te
Utrecht in niets benijdden.
Dus zijn wij genaderd tot het tijdperk der deta
cheering. Veel zullen wij er niet van zeggen, ofschoon
er misschien verscheidene vellen mede zouden zijn te
vullen.
Wij maakten kennis met het leven bij den troep,
zooals dat later zijn zalwanneer wijzelf officier ge
worden, kunnen profiteeren van het vele, dat wij daar
gezien en geleerd hebben, en groot is het voordeel,
dat wij danindien wij zelf moeten bevelenniet
zooals vroeger misschien dikwijls het geval wasgeheel
vreemd zijn met de toestanden en gebruiken van het
korps, waarbij wij zijn ingedeeld.
Behalve het vele nuttige, had deze tijd echter ook
veel aangenaams voor ons. Vooral de grootere vrijheid
en het meer zelfstandig zijn, is dan een voorrecht,
dat we op de Academie dikwijls moeten ontberen.
Vele aangename herinneringen uit die dagen zullen
dan ook ongetwijfeld bij allen blijven voortleven.
De infanteristen en cavaleristen maakten de laatste
twee weken ook de manoeuvres mede en leerden dus
bovendien de vermoeienissen en ontberingen kennen,
die het militaire leven kan opleveren. Welk een ver
schil met het gewone kalme bestaan op de Kon. Mil.
Academie. Geen klacht over groote uitputtingen hebben
we echter ooit van hen gehoord, integendeel, slechts
vroolijke, opgewekte verhalen, die bij ons den wensch
f-