J CXXXI behoorende tot den varenden trein van het korps Pontonniers van die sub e en f voor de officieren van den geneeskundigen dienst; van die sub f voor de officieren van een korps, waarbij een veldflesch niet tot de uitrusting van den troep behoort van die sub i voor alle niet-strijdenden. Daarentegen moeten voorzien zijn: de officieren van de Cavalerie van: j. een slel sacoches van waterdichte stof; de officieren van den Generalen Slaf en van de Cavalerie van k. de Topographische en Militaire Kaart des Rijks op de schaal van 1 200.000; een curvimeter de officieren van gezondheid van in. een heelkundig veldtoeslel (in bruikleen te ver strekken door het Rijk). Alle niet tot het Wapen der Infanterie behoorende officieren, die bij mobilisatie bestemd zijn voor de Bezettingstroepenmoeten reeds in vredestijd voorzien zijn van de voorwerpen, hierboven onder h, c, d en h vermeld; de bereden officieren bovendien van de sub g2 genoemde kaartentasch. De revolver wordt door de officieren gedragen in een lederen foedraal aan een riem om het lijf, aan (1) In het Reglement op den inwendigen dienst der Cavalerie is voorgeschreven, dat de revolver achter de rechterheup moet afhangen. Het dragen van de revolver. (1) r

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1898 | | pagina 137