CXLIX
wachtingen van hetgeen nog komen zouwaren niet
hoog gespannen. Dank zij echter de medewerking,
die wij van sommigen mochten ondervindenkwam
alles goed terecht en konden wij na eenigen tijd de
gegronde hoop koesterendat op het eind van '97
weer een almanak het levenslicht zou aanschouwen.
De tijd die ons scheidt van het Kerstverlof is nog
slechts kort en de drukker roept om werk. Wij zijn
dan genoodzaakt, hier ons jaarverslag af te sluiten.
Bedenkt allendat het volgend jaar het grootste deel
der Commissie tot Redactie zijn beste krachten niet
meer zal kunnen wijden aan de omvangrijke taak, die
het uitgeven van een almanak op de schouders legt
en het Korps dus in hen geen steun meer zal vinden.
Bedenkt, dat niet de Commissiemaar het Korps zelf ver
antwoordelijk isvoor het voortleven van zijnen bescher
meling, en onthoudt hem Uw steun niet, tot op de
laatste oogenblikken. Laten allen, die daartoe in staat
zijn, hem met hun beste krachten steunen, dan kan hij
ook het volgend jaar volgens de oude traditie blijven
gehandhaafd en de almanak, als een werk van het
geheele Korpsmet vertrouwen de wereld worden
ingezonden.
De Redactie,
A. D.