CLXXXIX van den bloei dezer Academiemaar ook tot handhaving der inwendige kracht van ons Vaderland; tot verhooging van Neerlands beteekenis naar buiten en tot verzekering van den luister onzer kroon en van den voorspoed der regeering onzer geliefde Koningin. Een »lang moge Zij leven" uit volle borst was het antwoord op deze toespraak. Door den oudsten cadet, J. J. Donner, werd met een kort woord dank gezegd voor het gesprokene. Tot zoover hetgeen in het Academiegebouw zelf heeft plaats gehad. Om iets goeds, iets wat schoon is, in korten tijd tot stand te brengendaarvan bezit men het geheim bij het cadettenkorpsniet sedert den laatsten tijd, maar reeds sedert tal van jaren. Cadetten-feesten hebben altijd een zeer duidelijk cachet gedragenzij waren steeds tot in kleinig heden uitmuntend geregeldorde en stiptheid was in alles merkbaar en toch bij de men zou haast zeggen militaire regeling, was het er gezellig, opwekkend, ja buitengewoon geanimeerd. Het is een lastig vraagstuk dat opgelost moet wordende studie volstrekt niet onderbreken en toch een veelzijdig programma goed tot zijn recht te doen komen. Doch waar een wil is, is ook een weg; de eerste bestond en de tweede is ge vonden en door het gebruik maken van dezen is het doel volkomen bereikt. Laat dit al dadelijk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1899 | | pagina 195