70 van ondernemingendie misluktenomdat de soldaten weigerden haar te volvoeren. Doch de Officieren, die door zulk eene weigering getroffen werdenwachtten zich wel van haar aan de vergetelheid te ontrukken wijl juist die weigering hun tot schande strekte. Daarom en daarom alléén kwamen die tijdingen niet tot ons. Wat moeten wij dan doen om zulke schandelijke feiten te voorkomen, om in de geschiedrollen van het Neêr- landsche leger nimmer zulke schandbladen toe te laten? Het middel is heel eenvoudig: we moeten reeds in vredestijd geheel en al soldaat wezenen wanneer we dat met hart en ziel zijn, zal het ons ook onmogelijk wezen, de eigentlijke vorming der aan onze zorg toe vertrouwde soldaten te verwaarloozen. Een vast karakter en eene onbuigzame zielskracht, eer en geregtigheid zedelijke moed en dapperheid, orde en krijgstucht zijn en blijven steeds de glansrijkste eigenschappen van den waren soldaat, en kunnen door geene talenten, door geen geleerdheid vervangen worden. Iiaal uit deze zinsnede vooral geen geringschatting van hetgeen gij geleerd hebt; denk daarom niet, dat dit voortaan verwaarloosd mag worden; alleen wanneer echte soldaten-geest met degelijke militaire kunde gepaard gaat, voldoet de Officier aan zijne eervolle roeping. Of de landbouwer zijnen akker al omploegt, maar er geen zaad in strooit, het baat hem niet; of hij op den niet-beploegden grond ook de heerlijkste zaad korrels werpt, het is al vergeefs; de akker moet omgeploegdbemestbezaaid en van onkruid gezuiverd worden, en dan weigert de goede God ook nimmer

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1899 | | pagina 272