99
Nadat op de voorgeschrevene wijze en op het be
paalde uur, allendie bij de plechtigheid tegenwoordig
zouden zijn, zich hadden opgesteld, kwamen om half
vijf de Gouverneur, vergezeld van den Luitenant-Kolonel
P. G. de Wilde, Eerste-Officier, en den Eerste-Luitenant
T. M. Roest van Limburg adjudant van den Gouverneur,
op het terrein.
Na de gebruikelijke begroetingen en nadat de
geweren waren gepresenteerd en de ban was geopend,
trad Kolonel Van Pesch in het midden van de open
zijde van het carré en sprak op de hem eigene, kern
achtige en zielvolle wijze de volgende rede uit:
/Cadetten!"
«Gij hebt den wensch te kennen gegeven om, naar
aanleiding van de aanstaande inhuldiging van H. M. onze
geliefde Koninginaan de Academie een aanschouwelijk
teeken te mogen plaatsenter herinnering aan deze
heugelijke gebeurtenis.
Dit denkbeeld, voortgesproten uit gehechtheid aan
ons dierbaar Stamhuis van Oranje, werd door mij met
groote vreugde begroet, en volgaarne gaf ik mijne
toestemming om daaraan uitvoering te geven.
De keuze viel op een lindeboomdie geplant zou
worden tegenover den ingang van het hoofdgebouw
der Academie en waarbij een rustbank zou worden
gesteld, zoodanig dat, wanneer de boom eenmaal tot
meerderen wasdom zal zijn gekomen, onder zijne schaduw
aldaar ecne rustplaats zal worden gevonden, die steeds
zal doen denken aan het Kroningsjaar van H. M.
Koningin Wilhelmina.