95 »de Tent" in het Haagsche Bosch. Daar het een prachtige avond wasde hemel rijkelijk was hezaaid met schitterende sterrenbesloot men terug te wan- delenlangs den nooit volprezen »0ude Scheveningsche weg". Johan bood Marie zijn arm aan en zij waren spoedig de anderen een vijftig passen vooruit. Na eenigen tijd zwijgend naast elkaar te hebben geloo- penbekende hij haar, eerst op schuchteren toondaarna hoe langer hoe meer opgewonden zijne hartstochtelijke liefdemet trillende stem gaf ze hem te kennendat zij hem innig lief had, dat het leven zonder hem haar een marteling toescheen. Zij geloofde echter, ja, zij wist het zeker dat haar schoonbroer tegen zulk eene verbintenis zou zijn, maar zij bezwoer Johan, dat, wat er ook voor hinderpalen zouden te overwinnen zijn, zij hem zou volgen, dat zij desnoods met hem zou willen vluchtenzij liet zelfs in hare woorden doorschemeren dat zulks waarschijnlijk wel noodzakelijk zou zijn. Johan in zijne opgewondenheid had in een oogenbik een plan tot ontvluchting gereed. Zij zou den volgenden morgen met zonsopgang in alle stilte het kurhaus verlaten hij zou haar opwachten en met de meest mogelijke haast zouden zij naar het buiten land vertrekken. Zij stemde dadelijk met het, in dei- haast gevormde, plan in, maar het ontbrak haar aan het misschien noodige geld tot omkooping van de ka menier of cm andere hinderpalen uit den weg te ruimen. Johan gaf haar daarop zijn portefeuille, waarin ongeveer vijfhonderd gulden. Beiden waren het er over eens dat de Scheveningsche weg hun nog nooit zoo kort had toegeschenen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1900 | | pagina 251