48 plaats waar het opgegraven gebeente zou worden ter aarde besteld, omdat hier Generaal Baron Chassé opperbevelhebber der Citadel, Seelig commandant dei- Artillerie, Jhr. de Boer chef van den staf van Chassé en Yan Deventer kapitein der Artillerie, reeds hunne laatste rustplaats hadden gevonden. (4) Den 22sten Augustus 4874 .ontving het kerkhof in zijn schoot de overblijfselen, die het eerst opgegraven waren geweest. Het grootste gedeelte zou later volgen. Dat men niet wachtte met het overbrengen van het gebeente tot alle overblijfselen verzameld warenwas het gevolg van eene toevallige omstandigheid. In Augustus 4874 zou namelijk de vijfjaarlijksche Réunie der Ridders van het Metalen Kruis in Breda moeten plaats hebben en nu wenschten de oud-strijders en vooral zij die ook met de Citadel-medaille waren versierd, deze samenkomst in de nabijheid van Ginneken te benutten omdoor hunne tegenwoordigheid aan het graf, hunne gesneuvelde wapenbroeders te huldigen. En aldus geschiedde. Eene Koninklijke commissie begaf zich op een Nederlandsch eskader naar Antwerpen, nam daar op 24 Augustus op de meest plechtige wijze de stoffelijke overblijfselen over en keerde met den kostbaren last terug naar Moerdijk en van daar per spoor naar Breda. (1) Van deze graven is alleen dat van den Kapitein Van Deventer zonder zerk. Toch zoekt men zijn naam niet te ver geefs. Een der wijzerplaten van het uurwerk in den toren en wel die welke uitziet op het kerkhof, draagtin plaats van de gebruike lijke uurcijfers, de letters VAN DEVENTER.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1901 | | pagina 174