80 vestibule, ging de trap af en wilde juist uit liet museum verdwijnen, toen ik haar achterop liep, roepende: «Nicht, nicht, uw tooverzak, uw parapluie Lezer, besef den graad van ontroering mijner nicht, dat ze in staat was geweestdie beide trouwe gezellen van al hare tochten te vergeten. Mijn uitroep was dan ook voldoende geweest, om haar tot haren gewonen toestand terug te brengen. «0 ja!" zei ze en op den bewaarder toeloopende, voegde ze dezen toe: «Nummer 10! Gauw wat! Hoeveel is 't?" «Dat hangt van uwe beleefdheid af", antwoordde de manwaarop nicht wegliep. Ik was dus verplicht den graad van nicht's beleefdheid in 's mans oog te doen stijgen tot een dubbeltje." «Je moet die menschen niet verwennen", zei nicht bestraffend en bij mijzelf zocht ik het gemiddelde tus- schen de opvattingen «beleefdheid" en «verwennen". Wij gingen huiswaarts, en toen ik nicht daar had afgeleverd, zwoer ik een' duren eed, niet meer met haar uit te gaan. Tegen etenstijd verscheen nicht weer in ons midden ze had zich even opgefrischt. 't Plan voor den avond was, «een partijtje maken." 0! Bitter noodlot, dat mij tot vierden man maakte Eene poging, om eraf te komen door de vraag, of «de blinde" 't niet beter zou kunnen, werd door een blik mijner moeder teleurgesteld en met wanhoop in 't hart onderwierp ik mij.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1901 | | pagina 236