91 En toen hij naar huis keerde was hij droevig ge stemd; zijn anders zoo vroolijk gezicht stond ernstig. Ilij trachtte de sombere gedachten, die zijn hersenen kwelden te verdrijven, door zijn boeken op te slaan hij moest immers zijn laatste examen doen; maar tever geefs, hij kon zijne gedachten niet bij de studie houden. Hij stond op, liep zijn kamer op en neer, ging weer zittenstond weer opneenhij kon niet. Maar waarom dan ook het ergste gedacht? Zij had toch alleen maar kou gevat De winter liep ten einde. Freddy had steeds doorgekucht, was steeds zieker geworden. De dokter was geraadpleegd, en ofschoon er aanvankelijk nog hoop op herstel bestond, had hij het eindelijk aan haar moeder moeten vertellen, terwijl hij zijn grijs hoofd bedenkelijk had geschud. Toen was ze in tranen uitgebarsten. Ze verzon van alles om de ziekte te stuiten in haren loop. Spoedig zou het lente zijn. Als ze weer eens naar hun buiten gingen De frissche lucht zou haar misschien weer opknappen. En zoo gebeurde het dan, dat eindelijk maatregelen jvoorhet vertrek werden genomen en eenige dagen later beiden de residentie verlieten. Doch zelfs de buitenlucht had geen beterenden invloed meer op de zieke; zij ging steeds achteruit, werd zwakker en zwakker, totdat op zekeren morgen de gesloten luiken van het landgoed maar al te duidelijk te kennen gavenwat er in den afgeloopen nacht gebeurd was. De zon scheen helder en vriendelijk op de grasperken

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1901 | | pagina 247