6 Als éciiig antwoord zijn door de lagen der geschie denis, als eene herinnering aan Haren Doorluchtigen Vader, de van ontroering trillende woorden der Koninginne geweven: Oranje kan nooit, ja nooit genoeg voor Nederland doen." Groot was de vreugde, toen de mare het bericht bracht van de verloving der jeugdige Gekroonde met Z. H. Hertog Hendrik van Mecklenburg-Schwerin. Groot was het verlangen den Vorst te leeren kennen die, het schoone Koningskind ter wille, Zijn landaard wilde prijsgeven, met het Nederlandsche Volk wilde samenwerken tot Haar heil. Het lag geheel in den aard van den Nederlander, die steeds aan den huise- lijken haard het echte geluk zocht, zijner Koninginne dit geluk toe te wenschen. Het kon niet anders of de Vorstelijke keuze zou ook het Nederlandsche Volk welgevallig zijn. Dat bleek reeds hij het eerste verschijnen van den Hertog op Nederlandschen bodem, geestdriftig toonde het zijne ingenomenheid met den Vorst uit wiens oog, trouw, de oude Duitsche deugd, en goedrondheid, terug houdendheid zonder trots en eenvoudige beminnelijkheid spraken. Hiermede wTon Hij de harten der Nederlanders. De tijd zal Hem een der hunnen maken, en er is te veel overeenkomst tusschen beider landaard, dan dat hierdoor de natuur verdrukt zou worden. De geschied- bladen der laatste kwarteeuw trouwens, geven ons hiervoor eene heerlijke bemoediging. Zij brengen ons het beeld voor oogen van eene Ilooge VrouweDuitsche

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1902 | | pagina 154