u G. Een jonge man; hij spreekt kalm, zonder vertoon, maar; wat een zeggingskracht, doch vooral: wat beteekenis in zijn woorden. En allen komen onder den indrukwat hier beteekentvoelen mèt hem begrijpen hem. Ik voel zoo iets vreedzaams over me komen, zoo iets moois, zoo'n dankbaar gevoel, datje gezond bent, dat je leeft en zulke mooie dingen voelen kunt. Zulke oogenblikken zulke stemmingsoogenblikken moet ik waardeerenofschoon misschienomdat ik me bewust ben, dat er is, o zooveel ellende, zoo veel groot en tastbaar verdriet in dit leven. En links van mij zitten die meisjes, enkelen met een gloed op de wangen van het luisteren, van het ingespannen luisteren. Het einde nu En ze bidden en ze vouwen haar handen, zoo devoot De menschen schuifelen weg. Het orgel speelt. En ook in mijn binnenste is muziekkalme muziek, zoo'n gevoel van evenwicht. In zulke oogenblikken komt het soms even over me, dat mijn uniform me hindert. Maar straks is dat denkbeeld heelemaal weg. Want vanmiddag zal ik diezelfde meisjes tegenkomen op straat. Dan zal ik ze zien uit een ander, meer objectief oog punt. Dat zal me misschien ook in stemming brengen. Maar in eeng héél andere dan van ochtend

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1902 | | pagina 194